Samba

Uitleg en geschiedenis Samba

Wat maakt deze dans herkenbaar? Wat is typisch, onderscheidend of kenmerkend?

Weinig is zo typisch en kenmerkend als de bounce (stuiteren), het kantelen van het bekken gecombineerd met het buigen en strekken van de knie. Pittige Latin-figuren die in ballroomstijl rond de vloer paraderen.

 

Voorbeelden

Whenever, wherever – Shakira
Bailamos – Enrique Iglesias
Que si, que no – Jody Bernal

 

De Samba is vooral bekend door het carnaval in Rio. Dit zegt eigenlijk al genoeg over uitstraling die bij deze dans hoort. Plezier en vrolijkheid staan veruit voorop. Vrolijke, losse bewegingen zijn dan ook karakteristiek voor de zeer ritmische Samba.

De geschiedenis van de Samba start wanneer in de 8e eeuw na Christus de eerste Afrikanen in Spanje en later in Portugal toekomen. Gedurende vijf eeuwen bezetting van het Iberische schiereiland door Arabieren heeft een aantal van hun percussie-instrumenten hier ook zijn intrede gemaakt, bijvoorbeeld de tamboerijn. In de koloniale periode zijn over een periode van 350 jaar tussen de 3 en de 5 miljoen slaven naar Brazilië verscheept. Zij brachten muziek- en danstradities mee die later tot de samba evolueerden. De belangrijkste culturele invloed is echter terug te voeren op de Bantoe-volkeren uit Angola en het zuidwesten van het huidige Kongo. Voor privéorkesten en -koren leerden de slaven ook westerse muziekstijlen kennen en spelen, zoals de mars, de wals en de Italiaanse aria. De Portugese bezetters waren gefascineerd door de Afrikaanse batuques (term die toen gebruikt werd voor alle Afrikaanse muziek en dans begeleid door percussie). Uit de combinatie van batuques en westerse muziek werd in de loop van de 18e eeuw een nieuwe Braziliaanse stijl geboren: de lundu. Die gaat door voor de eerste nationale dans van Brazilië. Een meer ‘erudiete’ variant van de lundu was de modinha.

Aan het einde van de 19de eeuw kwamen door de bloei van de koffieteelt en afschaffing van de slavernij grote migratiestromen op gang. Heel wat (ex-)slaven van wie velen afkomstig waren uit de deelstaat Bahia, vestigden zich in Rio de Janeiro en brachten hun lokale dansen, muziek en gebruiken mee. Enkele hiervan die op de Samba een invloed hebben gehad, zijn: de Samba de Roda do Recôncavo, de Samba Rural Paulista, de Calango, de Jongo en de Congadas of Congos. Die laatste is een ceremonie uit het noordoosten van Brazilië, waarbij een Afrikaanse koning en koningin worden gekroond. Tal van figuren stappen daarbij mee in een optocht met percussie-instrumenten en kleurrijke klederdracht.

Onder invloed van de Polka en de Cubaanse >Habanera evolueerde de Lundu te Rio de Janeiro tot een nieuwe dans- en muziekrage: de Maxixe.

Voor 1914 bekend onder de naam “Maxixe”, werd de Samba voor het eerst geïntroduceerd in Europa rond 1923. Verschillende versies van de Samba, van Baion (spreek uit: bajao) tot Marcha, worden in Brazilië gedanst tijden het carnaval in Rio de Janeiro of op plaatselijke feesten.

Het carnaval van Rio de Janeiro speelde een hoofdrol in de verdere evolutie van de Samba.

In 1917 breekt de Samba als muziekstijl door met de eerste nationale sambahit ‘Pelo Telefone’.

In 1928 wordt de eerste sambaschool ‘Deixe falar’ opgericht.

In de jaren 1930 werden de sambascholen deel van het officiële carnaval en kenden dankzij massale overheidssteun een enorme groei. In die periode verhief president Gétulio Vargas de Samba Carioca (Samba van Rio de Janeiro) tot nationaal symbool. In een mum van tijd werd de Samba populair in heel Brazilië en werden in diverse grote Braziliaanse steden sambascholen naar het model van Rio opgericht.

De wereldtentoonstelling in New York zorgde in 1939 voor de grootste verspreiding van de Samba. De Samba werd pas echt populair na 1945. Tijdens de slotparade van de Olympische Spelen werd deze dans door honderden dansparen opgevoerd, als introductie voor het feit dat het wedstrijddansen bij de volgende spelen een demonstratie sport zou zijn.

De Samba en Brazilië horen bij elkaar als rook en vuur, donder en bliksem, nacht en dag. De Samba maakt een belangrijk deel uit van de Braziliaanse cultuur – het is de muziek en de dans van het volk.

De Samba is een Latijns-Amerikaanse dans, één van de vijf latin-dansen die tot het standaarddansen behoren. Deze gestileerde samba heeft weinig gemeen met de Samba’s die in Brazilië worden gedanst.

Kenmerkend voor de stijldans-samba is de “bounce” beweging. In een eenvoudige versie: staand op de linkervoet wordt de rechter naar voor geplaatst terwijl het linkerbeen iets gestrekt wordt waardoor het bekken kantelt. Vervolgens plaatst men de linker naast de rechtervoet, strekt lichtjes het linkerbeen terwijl de rechtervoet kort opgeheven en terug geplaatst wordt. Daardoor ontstaat de typische tegelijk een heen en weer gaande beweging van het bekken en een verende beweging tijdens het stappen.

Om een vloeiende voortgang en bounce te krijgen probeer je de beweging vanuit de heupen in te zetten, je benen en voeten volgen dan. Het lijkt wat op de beweging die je maakt door met een zwaar touw te slaan. Daardoor maak je er een golf in, die vertrekt van je hand en vloeit naar het einde van het touw. Die beweging start je hier vanuit je heupen.

In tegenstelling met veel latin-dansen die ter plaatse uitgevoerd worden, wordt er in de Samba veel over en rond de dansvloer bewogen. Progressief met korte en snelle bewegingen.

Vermits in de samba meerdere ritmes door elkaar gespeeld worden – het is de meest complexe latin-dans – kan er zowel op een eenvoudige stap-stap-stap-wijze gedanst worden als op gesyncopeerde maten. Veel samba passen worden geteld als één-en-twee waarbij en-twee gesyncopeerd is en net zo lang duurt als de één. Figuren zijn dikwijls acht maten lang omdat dit ook in de meeste muziek het geval is.

Veel van de figuren van de Samba vragen om een bijzondere beweging van de heupen. Het is niet altijd even gemakkelijk om dit te leren, maar zonder die beweging missen de dansfiguren het ritmische en authentieke.